Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• In Nederland zijn er minder fietsen dan mensen.
• De eerste fietsen hadden houten wielen.
• De eerste fiets was een loopfiets.
• Bij de eerste fiets met trappers zaten de trappers aan het achterwiel.
• De eerste luchtbanden waren gemaakt van schapendarmen.
• Door een ketting konden ze een lage fiets ook harder laten rijden.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• Een fiets bestaat uit wel 300 onderdelen.
• Alles wat gespoten wordt, krijgt wel 5 lagen verf.
• De route door de fabriek duurt wel 26 uur.
• De spaken worden met de hand gevlochten.
• Het driehoekige deel van de fiets (met de buizen) noem je een frame (zeg: freem).

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• In Nederlands zijn wel 18 miljoen fietsen.
• Nederlanders vinden fietsen in de regen heel vervelend.
• De gemiddelde Nederlander fietst per jaar wel 900 kilometer.
• We fietsen vooral veel in Nederland, omdat fietsen heel goedkoop zijn.
• In Nederland ligt wel 35 duizend kilometer fietspad.

Kleur de hokjes op je werkblad waarvan de zin WAAR is. 

• Versnellingen maken het fietsen zwaarder.
• Door de ketting is het grote blad voor verbonden met het tandwielblad achter.
• Heuvel op schakel je naar een groot blad achter.
• Heuvel af gebruik je een lichtere versnelling met een kleiner blad.

Een gezellige kleurplaat van kinderen op school met de fiets.

Pas met rijden wel op voor de andere kinderen.

Mag jij fietsen op de speelplaats? 

In dit memoryspel zie je allemaal oude fietsen.
Hoe snel kun jij de plaatjes weer bij elkaar zoeken?
Het is best heel lastig!

Veel succes!